Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Bezwijkt mijn [48]vlees en mijn hart, zo is God de [49]Rotssteen mijns harten, en mijn [50]Deel in eeuwigheid. 48. Dat is, lijf en ziel, gelijk hfdst.84 vs.3. 49. Dat is, op welken mijn hart vertrouwt, als mijn sterkte en toevlucht. Zie Deut.32:4. 50. Verg. hfdst.15 vs.5,6.